Nieuw leven
- Vera Boertien
- 4 nov 2024
- 2 minuten om te lezen
Bijgewerkt op: 13 nov 2024
De slaapkamer is donker, op een klein nachtlampje na. Het is twintig voor twee ’s nachts en ze is wakker. De baby huilt.
Voorzichtig duwt ze zichzelf overeind. Wanneer ze zit, gooit ze eerst haar rechterbeen over de rand van het bed, dan haar linker. Een diepe zucht. Langzaam laat ze zich van het verhoogde bed glijden tot haar voeten de grond raken. Zodra ze staat, zoekt ze haar evenwicht en zet ze de twee zware stappen naar het wiegje. De baby huilt.
“Ssshh, stil maar, lieverd,” fluistert ze. Met een vinger wrijft ze over het wangetje van het pasgeboren kind. Nu komt het moeilijkste. Haar uit haar wiegje tillen. Ze buigt iets door haar knieën, spant haar bekkenbodem aan en pakt het kindje. Ze ondersteunt het tere hoofdje en legt haar baby zo snel en voorzichtig mogelijk op bed. Dan gebruikt ze het trappetje om zelf weer op bed te komen. De baby huilt.
Even later zit ze weer en trekt ze haar shirt omhoog. Ze reikt met haar hand naar het nachtkastje en pakt het tepelhoedje dat daar ligt. Was nou haar linker- of rechterborst aan de beurt? Links. Tepelhoedje omvouwen, tegen de tepel, terugvouwen. Baby op schoot. Goed positioneren. Tepelhoedje voor het mondje houden. Aanleggen. Ze ademt scherpt in wanneer de eerste scheut pijn door haar borst gaat. Doorademen. De baby drinkt.
Tien voor twee ’s nachts. Ze staart naar het plafond. Haar vriendinnen zijn nu waarschijnlijk ergens dronken het nieuwe jaar aan het vieren. Zij zit alleen. Of nou ja, met haar baby. Ze kijkt omlaag. Haar dochtertje heeft haar ogen gesloten en drinkt tevreden. De kraamtranen wellen weer op achter haar ogen. Ook nu weet ze niet of het tranen van geluk of van rouw om haar oude leven zijn.
Comments