top of page
Zoeken

De veilige haven

  • Foto van schrijver: Vera Boertien
    Vera Boertien
  • 26 jan
  • 3 minuten om te lezen

Wanneer de schoolbel om drie uur signaleert dat ze vrij is, rent het meisje zo snel mogelijk de klas uit. Ze grist haar jas en tas van de kapstok en zorgt dat ze als eerste bij het fietsenrek is, voordat de pestkoppen weer op haar zadel kunnen spugen of haar proberen te blokkeren. Zonder achterom te kijken springt ze op haar fiets en rijdt ze naar het gebouw aan de overkant van de straat. Daar parkeert ze haar fiets achter een grote naaldboom.

Het meisje stapt binnen en laat eindelijk haar ingehouden adem los. Het gebouw is begin jaren 80 geopend door de burgemeester en sindsdien is er weinig aan veranderd. De bruine tegels en hoekige kapstokken maken de hal nog donkerder, waardoor het niet heel uitnodigend is om binnen te komen. De statige vergeelde foto’s aan de muur van koninklijk bezoek aan het dorp dragen daar ook niet aan bij. Precies waarom ze haar hier niet weten te vinden.

Ze trekt haar natte jas uit waar nog een oranjegekleurd blaadje aan kleeft en hangt de jas aan de kapstok. De verwarming staat hier altijd hoog aan, wat nu heerlijk is wanneer je van buiten komt. Haar wangen gaan erdoor gloeien. Ze duwt de zware klapdeur open naar de grote zaal en haar schouders vallen zodra ze binnenstapt. Alle ruis valt weg. De muren reiken hoog, tot ze overgaan in de enige ramen in de ruimte, waar ook een aantal blaadjes op kleven. De regen die erop tikt is, naast wat geschuifel, het enige geluid in de ruimte.

Hier wordt het meisje beschermd door de rijen aan boeken, gevuld met de meest wonderlijke verhalen. Niet dat het een grote bibliotheek is. Het is immers de dorpsbibliotheek. Veel meer dan tien lange boekenkasten – ook uit de jaren 80 - zullen er niet staan. Verder staat er een tafel met een aantal simpele stoelen eromheen en even verderop een bureau met een pc, voor wie er thuis nog geen heeft. Het is sober, klein, maar toch het thuis van duizenden verhalen. Het meisje zou er nooit aan toe komen om ieder boek te lezen, hoe graag ze het ook zou willen.

De boeken die ze wel hier heeft gelezen, gaan over prinsessen, ridders, vampiers en tovenaars. Daartussen lijkt zij ineens niet meer zo raar. Ook al bestaan die figuren slechts uit letters op pagina’s, toch leven ze. De pagina’s leven. Ze geven een geur af die altijd troostend is geweest voor het meisje. Alsof ze daarmee laten merken dat ze nog steeds leven, dat ze zich herinneren dat ze ooit statige bomen zijn geweest. Dezelfde rust van de natuur ervaart het meisje hier in de bibliotheek. Daarom komt ze hier elke dag na schooltijd. Om te ontsnappen.

Het meisje heeft wel eens geruchten gehoord dat de bibliotheek plaats zou maken voor een supermarkt. Die is er namelijk nog niet in het kleine dorp. Er is een basisschool, een kerk met daartegenover een kroeg en een snackbar, een kapper en een slager en ongeveer net zoveel straten als boekenkasten hier in de bibliotheek. Ze hoopt dat de geruchten niet waar zijn. Ze zou niet weten waar ze dan naartoe kan gaan na schooltijd. Zoals elke dag pakt ze dus een boek uit de kast en begint te lezen, tot de het donker is, de klok vijf slaat, en het tijd is om naar haar huis aan het einde van de straat te gaan. Ā 

Recente blogposts

Alles weergeven

Comments


bottom of page